STAP 8: Veelgemaakte fouten bij het zwemonderdeel

Het zwemonderdeel van een triatlon kan veel beginners verrassen. Zelfs ervaren zwemmers maken soms fouten die hun race bemoeilijken. Gelukkig kun je veel van deze fouten voorkomen door je bewust voor te bereiden. Hier bespreken we de meest voorkomende fouten en hoe je ze oplost.

1. Te snel starten

Een veelgemaakte fout is om te hard van start te gaan. De adrenaline van de start kan ervoor zorgen dat je je ademhaling en tempo niet meer onder controle hebt. Begin in plaats daarvan rustig en verhoog je snelheid zodra je in je ritme komt. Baseer je niet op de snelheid van anderen en laat je niet intimideren. Het doel is niet om als eerste te eindigen maar op een goede manier te finishen en/of voor jezelf een zo goed mogelijke tijd neer te zetten. Zoek en behoud je eigen ritme!

2. Verkeerde navigatie

Afwijken van de rechte lijn kost je tijd en energie. Controleer regelmatig je richting door kort naar voren te kijken en gebruik boeien of andere zwemmers als referentiepunten.

Oefen dit tijdens trainingen.

3. Slechte ademhalingstechniek

Onregelmatig ademhalen kan leiden tot paniek en vermoeidheid. Oefen bilateraal ademhalen tijdens je trainingen om balans te creëren en je ademhaling stabiel te houden.

4. Te weinig openwatertraining

Als je alleen in een zwembad traint, kunnen de omstandigheden in open water je overweldigen. Zorg ervoor dat je gewend raakt aan eventuele golven (indien je wedstrijd in zee doorgaat), kou en drukte door op voorhand een aantal keer in open water te oefenen.

5. Ongeteste uitrusting gebruiken

Een nieuwe zwembril of wetsuit voor de wedstrijddag gebruiken kan tot ongemakken leiden. Test je uitrusting altijd tijdens je trainingen, zodat je zeker weet dat alles goed zit.

Door bewust te zijn van deze fouten en je hierop voor te bereiden, verbeter je niet alleen je prestaties, maar ook je vertrouwen in het water.